Het eind van het jaar staat bij ons vol met tradities. Of zoals andere mensen het zien verplichte nummers. Dat ik 50 jaar op hetzelfde dorp woon heeft iets vertrouwds. Daar moet je wel over kunnen want sommige dingen horen daar gewoon bij vind ik.
Het straten volleybaltoernooi hoort daar ook bij. Deze keer deed onze buurt mee met 3 teams. Afgelopen woensdag speelde ik niet mee, maar gisteren mocht ik meespelen. Ons team eindigde ergens in de middenmoot. Maar de andere teams van de buurt eindigden op de 1e en 3e plaats.Een geweldig succes dus. Zelf heb ik de finale niet meegemaakt want ik probeerde nog een uurtje te slapen. Want om 1 uur ’s nachts mocht ik aan de bak om oliebollen te bakken voor het bouwfonds van het Hervormde kerk. Een traditie waar we als familie Hut mee zijn opgegroeid. Heel vroeger (50 jaar geleden) werden de oliebollen gebakken bij de firma Vos. Toen was dat nog met olie vaten en open vuur onder de vaten. De verhalen over die tijd worden nog steeds verteld. Het beslag werd aangevoerd en met veel kunst en vliegwerk werden de bollen gebakken.
Toen is er enkele jaren niet gebakken. Maar ergens rond 1970 werd de draad weer opgepakt. Nu werden de oliebollen gebakken bij ons thuis op de boerderij. Het bakken gebeurde in de stookhut. Het beslag werd gemaakt bij ons in de keuken en het inpakken gebeurde in de gang. Een paar dagen stond ons gezin helemaal ten dienste van oliebollen bakken. Er werd alleen gebakken op bestelling. De top lag toen ergens bij de 11.000 oliebollen. Dat was het jaar waarbij we een aanbieding hadden: bij de 5e zak was er de 6e zak gratis. Er waren gezinnen waar 12 zakken naar toe gingen. (volgens mij zaten er toen ook 12 bollen in een zak. Toen we het oude huis afbraken en met een nieuw huis aan het bouwen waren ging het oliebollenbakken met oudjaar gewoon door. Het “patathok” werd naast de stookhut gezet en daar werd het beslag gemaakt en ingepakt. Toen onze woning klaar was werd er in de garage gebakken. Om al die bollen te kunnen maken werd er 2 dagen lang gebakken dag en nacht. Appels schillen voor de appelflappen, beslag maken, het bakken zelf en nadat de bollen waren afgekoeld opgezakt.
Het waren drukke dagen, 1 dag opbouwen, 2 dagen bakken en 1 dag opruimen. Mijn vader overleed in 1979, het bakken ging gewoon door. Ook toen Rikus trouwde met Iekje en op de boerderij bleef wonen. Inmiddels wwas ik het huis uitgegaan maar was penningmeester van het Bouwfonds. Die functie hadden mijn vader en later mijn moeder ook gehad. Toen er lokaal leeg stond bij de Hervormde school was dat een mooie ruimte om daar te bakken. Voor het eerst in ongeveer 25 jaar werd er niet meer gebakken bij huize Hut. Het jaar erop bood Jan Woltema aan om bij hem te bakken. Inmiddels werd wel duidelijk dat we op die tijdelijke locaties nooit konden voldoen aan eisen rond hygiëne en andere regels. Dus kwam er een eind aan een jarenlange traditie van zelf bakken. Maar er was wel een oplossing gevonden om toch onze klanten te kunnen bedienen. Bij bakker van Esch in het dorp bestelden we de Oliebollen en we konden daar ook bakken. Een combinatie die nu al een aantal jaren naar volle tevredenheid van beide kanten werkt. De sfeer is er wel minder door geworden want wat hebben we gelachen met een ploeg van 8 man die midden in de nacht sterke verhalen boven de hete olie stond te vertellen. Maar de baklucht is onvergetelijk en de herinneringen onuitwisbaar.
Een goede jaarwisseling!