Mijn blog gaat heel vaak over gemeenschappen. Dat fascineert me enorm. Juist in een tijd waar individualisering hand over hand toe neemt, zijn gemeenschappen in mijn ogen een gezond tegengif. Niet dat gemeenschappen heilig zijn juist niet. Want gemeenschappen kunnen ook erg knellen. Denk alleen maar aan sektes waar soms mensen letterlijk uit moeten ontsnappen.
De vrijheid van het individu is een groot goed. Het kunnen worden wat je wilt, is tegenwoordig de heilige graal. Op zoek naar wie je bent en nog belangrijker wie je wilt zijn. En als dat allemaal niet lukt wacht de teleurstelling. Social media staan bol van de “geluksmomenten”. Soms zie ik mensen stralend een selfie nemen om vervolgens chagrijnig te kijken als dat moment voorbij is. Het levert mij gesprekken op bij de telefonische hulplijn waar ik vrijwilliger ben. Eenzaamheid en “niet worden gezien” is daar een veel voorkomend onderwerp van gesprek.
Vaak vraag ik dan hoe iemand woont en of ze regelmatig mensen spreken. Dat is zelden het geval. Geen lid van een vereniging of kerk. Ik hoor wel regelmatig iemand die lid is van de sportschool. Maar dan wel een sportschool die 24 uur per dag open is en de deelnemers met oortjes in aan het sporten zijn. Eenzaamheid ontstaat vaak ook door ruzies waardoor families uit elkaar zijn gevallen. Corona heeft daar ook erg aan bijgedragen en omdat we niet meer mochten bijeen komen. Daardoor zijn veel verenigingen gestopt.
Verenigingen hebben moeite vrijwilligers te vinden. Voor een eenmalige actie lukt dat meestal nog wel maar iemand voor in het bestuur vinden is lastiger. Al jaren ben ik vrijwilliger in diverse besturen en merk ook dat het allemaal zakelijker wordt. Er is zelden ruimte voor de persoonlijke noot. Nu ben ik gezegend om in een klein dorp te wonen waar het nog overzichtelijk is. We hebben gelukkig nog tradities waar we elkaar ont-moeten. Bewust elkaar tegenkomen zonder dat we iets van elkaar moeten.
Tradities brengen vaak mensen bij elkaar: Paasvuur, Carbit schieten, Straten volleybal, buurt BBQ, verjaardagvisite bij de buren, een toneelvoorstelling of Nieuwjaar revue in het dorpshuis. Kan je in deze gevallen spreken van een gemeenschap? In mijn ogen mist er nog iets om van een gemeenschap te spreken. Dat zou wel eens kunnen zitten in dat streepje in ont-moeten. Waarom ga ik naar de bijeenkomsten? Om te ontmoeten! Misschien juist omdat ik dat van mezelf moet. Omdat ik graag onderdeel wil zijn van iets, er bij willen horen. Zodra dat streepje verschijnt verdwijnt de gemeenschap.
Natuurlijk is iedereen vrij om zich van alles niets aan te trekken. Gewoon naar een festival om met duizenden uit het dak te gaan. Extreem uitgedost in welke gendervorm dan ook. Helemaal jezelf kunnen zijn. Maar als dat het enige is dan mist er in mijn ogen iets. Waar wordt je “echt gezien en nog belangrijker gehoord?” Niet gezien door die bijzondere outfit maar gezien als mens onder die kleding. Of juist gehoord. Dat maakt het werken aan de telefonische hulplijn zo bijzonder. Gesprekken die soms erg persoonlijk zijn. Er is even contact, vertrouwelijk, anoniem, een intiem moment met ons beiden. Ergens las ik dat een gemeenschap ook iets intiems iets vertrouwelijks in zich heeft. Een mooie gedachte om in een volgende blog eens te gaan verkennen.