Menu Sluiten

Categorie: Uncategorized

WIIFM: What’s in it for me?

Je komt ze soms nog tegen mensen die de uitdrukking gebruiken “What’s in it for me?”. De eerste keer dat ik er pukkeltjes van kreeg was toen een communicatiebureau erop bleef hameren dat iets alleen ging werken als duidelijk was dat de doelgroep antwoord kreeg op de vraag “What’s in it for me?

 

Nu 10 jaar verder hoor ik het soms nog wel eens. Gelukkig niet zo veel meer. Het is net alsof mensen beseffen dat het niet meer echt past om zoiets hardop te zeggen. Toch is het nog wel bij veel mensen aanwezig: “ik moet er wel beter van worden, mijn eigen bedrijf gaat voor. Ik wil best iets voor de gemeenschap doen als het mijzelf maar helpt”. Letterlijk hoorde ik iemand laatst zeggen: “Ik werk hier graag aan mee want dan ben ik de eerste en dat levert mij voordelen op”. En tegelijkertijd wil ik geen energie steken in het helpen van anderen daarna. Ergens onder water speelt nog steeds: Hoe kan ik er zelf beter van worden. We zien het nog op alle fronten. Het rijkelijk zichzelf belonen van topmanagers is er een voorbeeld van. De massa ontslagen in de thuiszorg en de hoge beloning van de top bijvoorbeeld. Het is gewoon niet uit te leggen. Toch schijnen de topmanagers oprecht te geloven dat ze een geweldige prestatie leveren die een dergelijke beloning rechtvaardig.

 

Ik moest er aan denken toen ik een blog las over het rendementsdenken. Het wordt nog steeds op scholen gedoceerd. Als je MBA hebt gestudeerd weet je precies hoe je met behulp van cijfers een bedrijf moet runnen. Je hoeft niets van het product of dienst te weten. Een busbedrijf runnen kan net zo gemakkelijk als een zorginstelling of school. Ook op het HBO kan je het leren. Daar is er een populaire studierichting MER. Daar leer je ook de kneepjes om via de rug van iemand anders hogerop te komen.  Ik hoorde eens van een docent die studenten letterlijk “de rattenstreek van de week” leerde.

 

Zelf merk ik dat ik het steeds eerder herken als iemand er berekend in zit. Zeker als iemand in de 2e zin begint met het vragen naar een Business case of het verdienmodel? Dat zijn bij mij signalen dat iemand redeneert vanuit een financieel perspectief. Begrijp me goed, ergens moet bij mij de schoorsteen ook roken en brood op de plank komen. Maar genoeg is genoeg. En ondernemen is voor mij meer dan geld verdienen. Het betekent voor mij: dingen in beweging brengen. Op wikipedia staat het mooi: Een ondernemer (ook: zakenman, zakenvrouw of entrepreneur) is een persoon die iets onderneemt, en daarmee een of andere maatschappelijke bijdrage levert. Verderop gaat het pas over geld.


Krijg jij ook pukkeltjes bij het horen van de zin: What’s in it for me?

Innoveren vanzelfsprekend?

Ik heb het uit, een zeer boeiend boek: Voorbij het vanzelfsprekende. Het is even stevig doorlezen want de 500 pagina’s lezen soms als een roman en soms moet je er even rustig voor gaan zitten. Het heeft me anders naar de wereld leren kijken. Niet dat het een schokkende verandering teweeg heeft gebracht. Het heeft me nog wat scherper laten kijken.

 

Waar gaat het om: we zijn dingen heel gewoon gaan vinden die het eigenlijk niet zijn. Een overheid die ons steeds meer vrijheden afneemt vaak onder het mom van veiligheid. Wet en regelgeving wordt steeds meer gevormd door incidenten. De brand in Volendam of de vuurwerkramp in Enschede zijn er voorbeelden van. Maar ook recentelijk Haaksbergen of afgelopen week de hoogwerker in Oosterwolde. Vast dat er bij gemeenten nu scherper gekeken wordt  bij een evenement of er een hoogwerker wordt gebruikt.

 

De overheid trekt steeds meer dingen naar zich toe. Bijvoorbeeld zie ik veel programma’s bij de overheid om innovatie te stimuleren. Wat mij betreft totale onzin. Vroeger dacht ik er misschien wel anders over maar langzamerhand begint het me te irriteren. Er wordt belastinggeld geïnd die vervolgens  in de vorm van subsidie terug wordt gegeven om innovatie te stimuleren. Als er iets is waar een overheid geen verstand van heeft is het wel innoveren. Want een innovatie zal eerst een vorm van groei hebben moeten doormaken voor het kan worden herkend als innovatie. Dan wordt het vaak door de overheid beoordeeld. Misschien wel door een ambtenaar die net een training heeft gevolgd “innoveren kan je leren”. Grotere onzin is er niet in mijn ogen. Innoveren door een ambtenaar in een omgeving die gericht is om risico’s te beperken. Inmiddels zijn er hele volksstammen bezig ons overheidsapparaat te leren innoveren. Hordes ambtenaren hebben al goeroes horen spreken over lifehacking, quantified self, omgaan met social media en meer van die nieuwigheden. Op weg naar Ambtenaar 2.0 of zelf 3.0. Of nog beter maatschappij 3.0. Tegelijkertijd houden die goeroes de situatie mooi in stand. Ze hebben een eigen industrie gemaakt. Tientallen mensen in de zaal of liefst meer dan 100, totaal geen interactie.  Met als gevolg dat de man op het podium een ego krijgt die soms niet meer in de zaal past. Een wel heel traditionele benadering.


Echte innovaties komen altijd van onder af. Het is iets wat evolutionair groeit. Zelden is er een “Eureka moment”. Voorafgaand aan dat “Eureka moment” is er al een poos een inzicht aan het groeien. Ik ben benieuwd hoeveel mensen van een leergang “Innoveren kan je leren” echt aan het innoveren zijn geslagen. En als ze al iets vernieuwend zijn gaan doen is het vast niet door het bezoeken van een lezing over innovatie. Dat is veel te veel vanzelfsprekend. Hoewel we dat wel met zijn allen zijn gaan geloven. In ieder geval wordt er nog veel geld aan uitgegeven. Ter meerdere eer en glorie van de inleider en de organisator.

Ecotourism, meer dan een bezoek aan de natuur

Op uitnodiging van Thomasz zijn we deelnemer aan de conferentie Ecotourism Europe. Het is even wennen want wat is ecotoerisme? Al snel is duidelijk dat er geen eenduidige definitie is en het is vergeven van allerlei certificeringsmogelijkheden. Er is altijd wel een label te vinden die je als ondernemer zou kunnen gebruiken om je duurzaam te noemen. Het doet wat denken aan het scharrelei van jaren geleden. Of dat je een vegetarische kip kan aantreffen op het menu. Een beetje een wirwar van definities en begrippen.

 

In het programmaboekje van de conferentie staat er wel een mooie omschrijving. Het gaat om aandacht voor:

  • de natuur,
  • cultuur,
  • de lokale bevolking.

Een aantal presentaties gaan over de natuur, cultuur en over certificeringsprogramma’s. Als je de verhalen uit de rest van Europa ziet dan blijkt dat we in Nederland niet zoveel natuur hebben. Natuurlijk hebben we wel stukjes groen maar natuur kennen we niet echt het is allemaal al minimaal 2 keer op de schop geweest. Toch heeft Nederland ruim 1.500 natuurgebieden, 20 van deze gebieden zijn een Nationaal Park

 

Terug naar de conferentie. Toerisme en natuur staan soms op gespannen voet. Eco toerisme heeft tot doel dat toerisme er voor zorgt dat de natuur baat heeft bij belangstelling van toeristen. Opeens krijgt het verhaal veel meer inhoud. Want vanuit dat perspectief laten toeristen geen spoor na. Een van de initiatieven heeft als naam “Without a trace”.

 

Maar dat is nog maar een deel van het verhaal want Anna Pollock had een presentatie die me erg raakte. Ze wist het verband te leggen tussen de overbelasting van de aarde en welke rol ecotoerisme hier iets tegen kan doen. Het was een oproep om ecotoerisme te zien als drager van de wereldwijde verandering die nodig is voor het voortbestaan van onze planeet. Ze had veel plaatjes metaangrijpende beelden. Maar wel met de titel “Feiten zijn niet voldoende en angst geen motivator”. Alleen redden we het niet. Toeristen zijn de mensen die het verhaal verder kunnen brengen maar dat vraagt wel om diepere inzichten, betere betrokkenheid en het stellen van de juiste vragen.


Toen we na haar presentatie haar opzochten, bleek dat ze op zoek was naar aansluiting bij de gemeenschap van Art of Hosting. Het voeren van gesprekken die er toe doen. Nu zijn wij al een poos bezig met “the Art of Hosting”. Zij zat met de vraag: “Hoe kan je toeristen op een goede wijze in contact brengen met lokale bewoners?” De bewoners kennen het gebied en de verhalen. Een mooie vraag om mee aan de slag te gaan. Wij willen dat gaan doen onder de naam Waddentrek (waddentrek.nl)

Uitnodiging: Zeil mee op het Lauwersmeer.

downloadRegelmatige lezers van mijn blog weten dat vernieuwing een regelmatig onderwerp is. In onze regio is er een bijzondere wijze van vernieuwing zichtbaar. Het gebied rond om het Lauwersmeer, is een gebied wat vroeger zee was (dus zout water). Na de afsluiting in 1969 is er de afgelopen 46 jaar stilletjes een hoop veranderd. Eerst was er het afsterven van de planten die groeiden in een zoute omgeving. Mensen die de jaren na de afsluiting in het gebied waren kunnen zich de stank van rottende planten nog wel herinneren. Inmiddels zijn bijna alle planten vervangen door zoetwaterplanten. Her en der zijn er nog bosjes te zien die willen groeien in beide omgevingen.

 

 

Voor oorspronkelijke bewoners is er veel veranderd. Zoutkamp bijvoorbeeld lag vroeger aan zee en was een vissersplaats. Dat is nog wel een beetje zo maar de zee is nu verder weg. Bij sommige bewoners is de afsluiting een gevoelig onderwerp..

 

Het is een speciaal gebied waar de natuur zich heeft omgevormd. De mens heeft inmiddels ontdekt dat het er goed toeven is net zoals de vele trekvogels. Een prachtige plaats om te verblijven.

 

Er heeft zich een groeiend aantal ondernemers gevestigd in het gebied. Het gebied kan nog ontdekt worden. Het laatste weekend van maart, op 28 en 29 maart,  slaan 30 ondernemers de handen ineen en nodigen regiobewoners en gasten uit om deel te nemen aan het Trekfestival. Uniek want de ondernemers hebben zelf het programma ingevuld vol met muziek, kunst, verhalen en andere belevenissen.

 

Zelf ben ik actief op de zeiltjalk “Groene Eenvoud”. We gaan zeilen op het Lauwersmeer. Na een uur gaan we voor anker op de Fries Groningse grens om met elkaar in gesprek te gaan over het gebied. Deelnemers zijn festivalgangers maar ook politici van Gemeenten en Provincie. We vertrekken op zaterdag om 15 uur en zondag om 11.00 uur. Bij veel belangstelling zijn er meer afvaarten.

 

Meevaren kan met een festivalbandje. Deze kost 15 euro. Met dit bandje heb je dan wel gratis toegang tot alle andere festival locaties. Bel je me als je mee wilt?

voor meer informatie zie ook www.trekfestival.nl

Tennissen met KPN en Ziggo.

tennisSinds een aantal jaren ben ik aan het tennissen en wandel ik veel. Tennis is een leuk spelletje alleen het ballen oprapen vind ik niet het leukst. Eigenlijk vind ik tennis leuk als er veel slagenwisselingen zijn. Dus niks met een geweldige smash uit meppen. Maar ja de tegenstander denkt er anders over. Dus moet je wel mee in het competitieve. Anders blijf ik aan het ballen rapen aan mijn kant. Wandelen heeft dat niet. Daar lever je een prestatie voor jezelf. Hooguit kan de afstand een vorm van wedstrijd in zich hebben.

 

Ik moet er aan denken omdat ik de laatste tijd veel met breedband bezig ben. Voor een relatief kleine groep in de samenleving is internet een probleem. Dat geldt ruwweg voor alle mensen die buiten de bebouwde kom wonen. Daar levert KPN over de telefoonlijn de internet verbinding (soms via een andere dienstenleverancier zoals Tele2 of XS4All). Heb je het geluk dat je in de buurt woont van de telefooncentrale dan is de verbinding goed. Woon je op afstand dan is de verbinding slecht of je hebt helemaal niets. De overheid laat het over aan de markt en dus zitten mensen in het buitengebied vaak met de gebakken peren. Soms zijn er mensen in het buitengebied waar de nood erg hoog is en men bereid is er veel geld voor te betalen. Zo hoorde ik van een geval in Drenthe waar men € 70.000,- betaalde voor een goede verbinding.

 

Nu is er een competitie aan de gang waarbij bedrijven op zoek gaan naar mensen die grote problemen hebben en vervolgens wordt er een oplossing geboden voor veel geld. Even later komt de buurman met dezelfde vraag.  Vervolgens kan die ook tegen een gepeperd bedrag ook een aansluiting krijgen. Ik sprak mensen die er een gouden markt in zagen. De toch al slechte markt wordt op die manier verder afgeroomd.

 

Nu proberen we op een aantal plaatsen door middel van een coöperatieve aanpak het gelijk voor iedereen te regelen. Tegen zo laag mogelijk kosten. Daar ontstaat er wrijving want veel aanbieders vinden dat we hun markt kapot maken. Ziggo heeft zelfs een oorlogskas van vele miljoenen om bij een dergelijk initiatief waar ook een deel van een dorp bij is betrokken gelijk mooie aanbiedingen te maken (half geld of een tablet cadeau als men voor 2 jaar bijtekent) om zo de klanten aan zich te binden en ze te weerhouden mee te doen met het initiatief. Met veel geld proberen ze hun markt te beschermen. Een beetje raar want met dat geld kunnen ze ook klanten helpen en op die manier het initiatief laten groeien. Maar dat is niet hun houding. Ze kiezen de aanval. En ja ze willen wel meedoen bij het aanleggen op kosten van bewoners maar dan eisen ze dat ze het netwerk in eigendom krijgen. KPN heeft een soort gelijke houding.


Voor mij is het duidelijk. Met commerciële partijen is het slecht tennissen. Zij slaan alle ballen met veel geweld over het net. En de mensen met een coöperatieve aanpak mogen steeds ballen rapen. Ik ben er wel uit. Snel internet in het buitengebied kan alleen als de deelnemers met dezelfde insteek in het veld staan. Iedereen de beschikking geven over een goede betaalbare internet verbinding. Daar past geen winstmaximalisatie bij. En zeker geen competitieve houding. Ik hoop dat er hier en daar hapjes van de grote aanbieders wordt afgesnoept. En dat kan want bij een coöperatieve aanpak hoeft er niets afgedragen te worden aan de aandeelhouders en het hoeft zeker niet binnen 5 jaar te renderen. KPN en Ziggo mogen wat mij betreft een prachtige snoeiharde competitie voeren op het Centre Court. (Steden en grote dorpen) Wij gaan op ons eigen veldje rustig een balletje slaan en genieten van lange slagenwisselingen met zo weinig mogelijk ballen rapen. Iedereen in het buitengebied is uitgenodigd mee te doen.