Menu Sluiten

Het wordt toch anders

Een poosje geleden sprak ik met Jaap Peters, mijn held. Ergens in het verleden kwam ik op het spoor van zijn boek: de intensieve menshouderij. Ver voor de financiele crisis. Jaap is druk het Rijnlands organiseren te promoten onder de naam Slow Management. In het verleden maakte ik eens een weblog over de Intensieve Menshouderij en dat bracht me veel publiciteit. OK het was midden in de zomer dus komkommer tijd in de media maar toch. Even terugkijkend dat was in 2005 blijkbaar lagen bonussen en de medewerker als productiefactor toen ook al onder vuur.

Wat is in een notendop het verschil tussen het Angelsaksische model en het Rijnlands organiseren? Het Angelsaksische model gaat erg uit van een Top-down benadering. Er wordt een plan gemaakt de leiding van het bedrijf gaat ermee akkoord en vervolgens wordt de koers gelopen volgens het plan.  Afwijkingen op het plan worden maar slecht begrepen. En maar weinig mensen hebben de moed om dit aan te kaarten. Met als gevolg projecten die dramatisch verlopen. Om hier voorbeelden te noemen lijkt me overbodig. In het verleden is het mechanisme van de bonussen verzonnen. Ik kan me herinneren dat toen er bij ons (ICT bij KPN begin 20e eeuw) de bonussen werden ingevoerd dat ik gewoon kwaad was. Hoezo? Ik kreeg toch een goed salaris en hoezo? Ik heb toch geen extra geld nodig om te stimuleren mijn werk goed te doen. Maar het was natuurlijk wel een mooie financiele meevaller. Dus mijn frustratie werd niet zo goed door collega managers begrepen. Ik heb de managers om mij heen zien veranderen, sommigen verdwenen buiten beeld en er kwamen andere managers die het halen van het plan belangrijker vonden dan wat ik deed. Een van mijn managers had als ultieme wens dat ik er voor zou zorgen dat hij financieel onafhankelijk kon worden. Letterlijke tekst. Het luidde mijn weg naar zelfstandigheid in.

Dat moet veranderen dus. De onderstroming is al langer aan de gang en het moet alleen nog even duidelijk worden bij beslissers en op ander plaatsen. Maar dat is een kwestie van de tijd. Het jammere is alleen dat er op scholen nog steeds gedoceerd wordt volgens het Tayloriaans principe. De mens als productiefactor.  De pret HBO opleidingen zoals MER (Management Economie en Recht) puilen uit. 10 keer zoveel studenten dan bij een studie Electrotechniek. Bij de MER worden studenten geleerd hoe ze door middel van rattenstreken hogerop kunnen komen (medio 2009) en ik heb niet het vermoeden dat dat nu niet meer gebeurd. Allemaal studenten die wordt voorgehouden dat ze straks manager worden en zo anderen aansturen. Brrrr.

Rijnlands organiseren dus. Ik kan dat niet beter uitleggen dan Jaap Peters. Dus hieronder een video van een presentatie van hem over slow management. En over hoe het in het onderwijs anders moet? Dat staat in het filmpje eronder. 

 

Volstrekt overbodig

Ik kan m nog herinneren dat een collega bij KPN Opleidingen (25 jaar geleden) het volgende verhaaltje vaak vertelde: Een moeder vroeg aan haar zoontje waarom hij zijn zusje met een stok sloeg. Ze kreeg als antwoord: ik vond die stok en daar moest ik iets mee doen. 

Ik moet er de laatste tijd vaak aan denken want ik zie op een hele hoop plekken in de maatschappij dingen die worden gebruikt omdat ze er toch eenmaal zijn. En laten we wel wezen, een hoop van de consumenten wordt verleid tot impuls aankopen. Dingen aan te schaffen die je een moment ervoor nog niet van plan was te kopen. 

Maar op veel  ander fronten gebeurt hetzelfde. Managers bijvoorbeeld. Ik kan er over meepraten want ik ben zelf een kleine 15 jaar manager geweest. Soms ook als een soort van meewerkend voorman .En dan moet ik al snel erkennen dat ik niet de beste prestaties leverde, collega's waren vaak veel beter in de uitvoering. Maar als manager had ik ook de rol de afdeling naar buiten te vertegenwoordigen en dan was het handig dat je ook dingen uitvoerde want dan wist je waar je over praatte. In ander functies had ik vaak het gevoel dat ik manager mocht zijn omdat de medewerkers liever aan het werk waren dan te vergaderen waar managers het vaak zo druk mee hebben. (over cijfers, begrotingen, jaarplannen, ontwikkelen van medewerkers en allerlei andere abstracte zaken). Vaak had ik het gevoel als we nu eens al die managers ontsloegen dan ging het bedrijf gewoon door. De slimme medewerkers zouden het er vast wel gewoon er even bij doen. Maar ja die managers waren er nu eenmaal dan moesten ze ook maar wat doen. Alle dagen heel druk.

En het voordeel van manager zijn is dat je anderen mag vertellen wat ze moeten doen. Zelf hoef je dan niet meer aan de bak. Bijkomend voordeel is dat je in veel gevallen ook meer verdient. Al jaren staat een manager hoger in aanzien dan een prima uitvoerend vakman. En als je dan manager bent dan blijven er natuurlijk vervelende klussen. Bijvoorbeeld direct uitvoerend personeel onder je. Die hebben zo allemaal hun eigen aardigheden. En je wordt dagelijks geconfronteerd met de problemen van de uitvoering. Tijd om er een coordinator aan te stellen.  En een nieuwe leidinggevende is ontstaan.

Vrijdag waren we bij de bouwmarkt om verf te kopen en om het te laten mengen. Niemand kwam opdagen en (ik vermoed) de manager kwam ons uitgebreid vertellen dat het wel al 5 jaar geleden was dat hij dat had gedaan. Maar hij zou ons helpen want hoe moeilijk kon het zijn. Het resultaat was dat hij de pot verf verkeerd in de "schudder" stopte. De bus met verf schoot open en gelukkig zat het in een afgesloten ruimte. Die was dus in een ogenblik keurig gebroken wit van binnen. Gelukkig was het op waterbasis. Het was een lekkere knoeiboel. Gelet op de rest van het personeel dat kwam kijken had de man wel een bijzondere positie want er was het nodige leedvermaak. Het sierde hem dat hij dat zelf opruimde en ik hoop dat het tot gevolg heeft dat hij wat vaker bijspringt. 

Hetzelfde is te bespeuren bij de overheid. In het dorp organiseren we regelmatig activiteiten en de laatste jaren worden de eisen aan er organisatie steeds hoger. Een wandeltocht bijvoorbeeld heeft EHBO-ers en Verkeersregelaars nodig. (EHBO-ers spreekt voor zich om blaren te prikken of voor andere ongemakken) Verkeersregelaars komen te staan op gevaarlijke plaatsen. Ons dorp kent intussen tientallen verkeersregelaars. Die moeten allemaal een opleiding volgen bij de politie. Nu wandel ik wel vaker en ik doe soms aan tochten mee waar het aantal deelnemers ongeveer even groot is (of meer)  en …… geen verkeersregelaar te zien.  Ik mocht eens aanschuiven bij een overleg bij de gemeente over de feestweek. Het draaiboek telt ondertussen meer dan 100 bladzijden. (stand 2 jaar geleden). Er zaten minimaal 6 mensen aan de overkant van de tafel. Allemaal op grond van hun functie erg belangrijk te zijn.

Ook in de zorg zijn er van die situaties te bespeuren. Ik sprak laatst met een ouder iemand en dit vertelde mij dat hij jarenlang in de veronderstelling was geweest dat als hij 65 was hij naar het bejaardentehuis kon en dan niets meer hoefde te doen. Een soort Zwitserleven gevoel: er wordt hele dagen voor je gezorgd. Nu is voor iemand zorgen vanuit een Zwitserleven gevoel totaal iets anders dan Zorg verlenen aan iemand die niet meer in staat is voor zichzelf te zorgen.  De laatste tijd hoor ik steeds vaker het begrip Leisure, vertaal is dit: vrij, zonder verplichting, ontspannen. Ergens ligt dit begrip heel mooi in een klimmende reeks: Leisure, Welzijn en Zorg.

– Leisure: vrij je hoeft niets je mag van alles
– Welzijn: In het woordenboek staat : goede gezondheid. Voor mij gaat het verder: het zich goed voelen.
– Zorg: toewijding, behartiging.

Raar genoeg wordt er bij leisure zelden gesproken over welzijn. Hier ligt nog een wereld te winnen. Immer hoe besteed je je vrije tijd? Vermaak je je of laat je je vermaken omdat het er immers toch is. Ik zie dan steeds de hofnar voor me die de koning moet vermaken maar de koning ergert zich steeds meer aan de hofnar. Maar ja die was er nu eenmaal. Volstrekt overbodig.

Nog een volstrekt overbodig bord, voor meer nutteloze borden staan op http://www.bannedinhollywood.com/23-completely-useless-signs/

Er is iets aan de hand met de leefbaarheid op het platteland.

Dat is de indruk die ik heb overgehouden van de Groninger Dorpendag die werd georganiseerd door de vereniging Groninger Dorpen vorige week zaterdag in Delfzijl. Ruim 300 mensen bezochten de dag en er is veel gesproken over de leefbaarheid in dorpen in Groningen. En het klinkt raar maar op zich gaat het goed. Tenminste in een zeker opzicht want het is wel een feit dat de voorzieningen achteruit gaan. Door de bezuinigingen is er minder geld beschikbaar. Het heeft wel tot gevolg dat in veel dorpen de mouwen worden opgestroopt en dat de inwoners zelf dingen ter hand nemen. 

De enige die nog het woord krimp in de mond nam was Max van der Berg maar dat hoeft niet te verbazen want de politiek is vaak volgend op wat er in de samenleving gebeurd. De politiek denkt daar trouwens zelf anders over en hebben nog vaak de illusie dat de maatschappij maakbaar is. Er is dus heel weinig gesproken over krimp en hoe dat te bevechten want bij de meeste aanwezigen was het wel helder dat krimp een gegeven is, het gaat erom hoe je er mee om gaat.

Leefbaarheid dus en dat kwam wel vaak aan de orde en met name hoe je als dorp met elkaar om gaat. Want een ding is duidelijk het merendeel van de aanwezigen op de dorpendag wilde ook op latere leeftijd op het dorp blijven wonen. Jarenlang is gedacht dat het concentreren van zorg beter was, Zo zijn er her en der grote zorginstellingen ontstaan. Met als gevolg dat veel ouderen op hoge leeftijd nog moesten verhuizen van een dorp naar een grotere plaats. En als er een ding is wat je nooit moet doen: een oude boom verplanten. Dat begint nu langzamerhand door te dringen. Door oudere mensen uit hun vertrouwde omgeving te halen worden ze ontworteld en veel aarden niet in de nieuwe omgeving. Met als gevolg dat er een grotere vraag komt naar zorg en er moeten welzijn activiteiten worden georganiseerd. Dat dat op de lange duur niet houdbaar is blijkt uit de cijfers van vergrijzing en ontgroening (er komen steeds minder jongeren). Dat is wereldwijd een probleem. Maar het is het best merkbaar op het platteland waar de jeugd ook nog vaak weg trekt naar de economische centra waar eenvoudiger werk te vinden is. En het allereerst is het zichtbaar op plaatsen waar het economisch niet al te best gaat. Het voormalig Oost Duitsland kent van die streken maar ook in Frankrijk zijn er spookdorpen.  

Het organiseren van leefbaarheid dus in plaats van zorg verlenen. Daar staan de Provincie en gemeenten voor nu nu ze nieuwe taken hebben en nog meer krijgen opgelegd vanuit de landelijke overheid op het gebied van de financiering van zorg en welzijn. Ik bespeur nog weinig verandering in het denken en handelen op dat gebied. Met name als het gaat om bezuinigen hanteert men de kaasschaaf. Terwijl er prachtige kansen liggen om het anders te doen. En de dorpen willen wel. Maar veel gemeenten blijven inzetten op het concentreren van voorzieningen. Op zich dom want zorg voor leefbare dorpen en geef dorpen meer ruimte om zelf dingen te regelen en automatisch komt er minder druk op zorg. Of misschien beter gezegd de toenemende druk neemt minder snel toe want vergrijzing en ontgroening is niet echt te stoppen.

En als we het dan hebben over de laatste levensfase. In Oldenburg hoorde ik dat 80% van de mensen graag wil overlijden in de eigen omgeving. In de praktijk blijkt dat maar 23% te zijn. En dat 80% van de kosten van de zorg gaan zitten in de laatste jaren van iemands leven. Ik zou niet weten waarom de cijfers bij ons anders zouden liggen. Nu zijn de laatste jaren van mensen op hoge leeftijd kwalitatief niet de allerbeste. Veel kennissen zijn al weggevallen kinderen die vaak niet in de buurt wonen. Een goede sociale omgeving kan hier een hoop in doen. Dan kan het maar zo zijn dat het onder aan de streep ook nog eens allemaal kan met in verhouding veel minder geld. Wat ik eigenlijk wil zeggen. Koester de voorzieningen op het platteland want die zouden in de toekomst nog wel eens hard nodig zijn.

Hieronder de oproep om te gaan stemmen. Pé en Rinus met Groninger dorpen. Een aanrader, echt even kijken.

 

Egypte en het verhaal van de Meent

Op mijn weblog heb ik al eens eerder het verhaal van [[wikipedia:de tragedie van de Meent]] aangehaald. Het voorbeeld dat vaak gebruikt wordt om dit proces te illustreren, is het volgende.

Op een meent, een gemeenschappelijk stuk weidegrond, grazen melkkoeien, die toebehoren aan verschillende boeren. Elke boer wil zo veel mogelijk verdienen aan zijn melkvee. Als hij een koe toevoegt aan zijn kudde, heeft dat twee economische effecten.
positief: de kudde van de boer geeft met een extra koe in totaal meer melk, welke meeropbrengst volledig ten goede komt aan de eigenaar;
negatief: de koe eet gras van de meent, dus per koe komt minder gras beschikbaar (overbegrazing). Minder grasconsumptie betekent minder melk en dus minder opbrengst. Dit nadeel wordt echter verdeeld over alle koeien, en dus over alle veehouders.
Een boer ontvangt dus de volledige opbrengst van een nieuwe koe, terwijl de kosten worden gedeeld. Het is voor een boer dus lucratief om een nieuwe koe toe te voegen zolang zijn deel van de kosten lager zijn dan de opbrengst. Omdat de totale opbrengst slechts groter hoeft te zijn dan één gedeelte van de kosten, komt er een moment dat er een koe wordt toegevoegd die de overige boeren meer kost dan zij de eigenaar oplevert. Omdat alle boeren op dezelfde wijze redeneren zullen zij net zoveel koeien toevoegen, totdat toevoeging van nog een koe zelfs geen voordeel meer oplevert voor de eigenaar. Overbegrazing is het gevolg.

De meent staat symbool voor veel situaties waar overuitnutting aan de hand is. Je hoeft maar even anders naar de wereld te kijken en je ziet het overal: landbouw, Visserij, Milieu, Financiele wereld, machtspolitiek, intensieve menshouderij. De voorbeelden zijn onuitputtelijk. Daar waar mensen zich het recht toe eigenen overmatig meer te nemen van wat van ons allemaal is gaat de tragedie van de Meent op. Ieder weldenkend mens voelt dat ook. Vandaar dat maatschappelijk verantwoord ondernemen en duurzaam zo vaak genoemd worden dat de begrippen aan het eroderen zijn. Prachtig mooie modellen zijn opgezet. Nieuwe kreten ontstaan. Cadle to cradle, people profit planet enzovoort. Maar waar het omgaat is de License to Operate. De vergunning om actief te zijn in de maatschappij. Wat maakt dat grote maatschappijen, topmanagers zo ongelofelijk veel uit de maatschappij (de meent) mogen halen dat de maatschappij er onder lijdt.

Zelfs de overheid, die eigenlijk toezicht zou moeten hebben op de meent, doet er aan mee. Gemeenten (afgeleid van het woord meent als ik het goed heb begrepen) schieten zwaar tekort. Door grote projecten, geldverslindende initiatieven worden rekeningen bij de maatschappij neergelegd waar relevantie ver te zoeken is. De overheid gaat ondernemer spelen. We moeten aantrekkelijk zijn voor toeristen en bedrijven aantrekken, Het economisch belang staat vaak voorop. En als het al gaat om cultuur dan worden bezoekersaantallen aangehaald voor het meten van het succes.

Door de bril van "de meent" gekeken is vaak heel snel het kaf van het koren te scheiden. Soms is er geen directe relatie tussen iemands handelen en de overuitnutting. Soms is het ook redelijk eenvoudig. Bijvoorbeeld Windenergie. Op zich een prima initiatief om te investeren in schone technologie maar….. Als het gaat om grootschalige parken waar veel overheidsgeld bij moet en de lasten komen te liggen bij omwonenden begint het allemaal wat smoezeliger te worden. Daar zijn de contouren van de meent zichtbaar. Zeker als er ook nog eens commerciele beursgentoeerde bedrijven mee bezig houden.  

De provinciale verkiezingen staan voor de deur. Ik zag gisteren een lijsttrekkersdebat. Ik kan het een ieder aanbevelen er eens naar te kijken met de Meent in het achterhoofd. Gemeenten en provincie hebben tot taak de Meent leefbaar te houden. Zeker nu de krimp in volle hevigheid zichtbaar wordt. Stop het geld maar in grote centrale voorzieningen is de reflex. Van de 67 bibliotheken kan de helft wel dicht want dan kunnen we de overgebleven vestigingen efficienter maken. Klopt helemaal, maar. Het gaat ook om de leefbaarheid van dorpen en gemeenschappen. De bibliotheek is een beetje de huiskamer van een dorp. Kinderen en ouderen komen er vaak. Juist de groepen die lastiger verder gaan reizen.

Veel mensen van de oude garde uit de politiek hebben het niet in de gaten maar burgers hebben het steeds beter door hoe er omgegaan wordt met hun Meent. Het wachten is op iemand die het goed weet te verwoorden. Het zouden wel eens heel bijzondere verkiezingen kunnen worden. Burgers in Tunesie en Egypte hadden genoeg van de overuitnutting van hun Meent.  In mijn provincie Groningen is het gelukkig iets minder extreem maar een aantal voorbeelden zijn moeiteloos te noemen. Hoewel de politiek saai is, veel plezier de komende tijd en één verzoek: stem eens wat anders. Traditioneel of nieuwe stroming maakt niet uit maar maak een statement.

Ik ben op zoek naar actuele voorbeelden van "de tragedie van de Meent" Dus heb je een voorbeeld reageer dan even op dit blog. Twiteren mag ook voeg dan de hashtag #meent toe. 

VNU Media en spooknota's, niet echt dus

De menselijke maat en persoonlijk contact. Wat mij betreft komt dat wat meer terug in onze maatschappij. Langzamerhand groeien dingen buiten proporties. Sinds een poosje krijg ik post van VNU Media met betalingsherinneringen. Nu durf ik wel op te biechten dat er bij mij wel eens een nota te lang blijft liggen. En de herinneringen van VNU Media worden ook steeds gestuurd naar ons oude adres. Daar is ook de originele nota naar toe verzonden. Nu is het vervelende dat ik de originele nota niet meer heb en op de herinnering staat alleen dat ik 39 euro moet betalen. Alleen weet ik niet waarvoor. Nu is het een simpele zwart wit brief. Niet ondertekend. Op de achterkant staan er wat gekleurde bolletjes. Ik heb in het verleden het ook wel eens weggegooid omdat er geen touw aan vast was te knopen waarom het ging. Bij een volgende herinnering ging ik bellen naar het nummer op de brief en kreeg een vriendelijke heer aan de lijn die het voor me ging uitzoeken. Hij kon het zo ook niet vertellen.  En hij gaf me groot gelijk dat ik niet wilde betalen als ik niet wist waarvoor. Maar nooit meer iets van die heer gehoord.

Nu ben ik dus in gebreke gesteld en krijg de bijkomende kosten ook in rekening volgens de laatste brief. Het gaat inmiddels om een document van 16-07-09 met als document soort Terugbetalin. 

Het mag duidelijk zijn dat ik geen 39 euro ga betalen voor een herinnering voor een terugbetalin van 1,5 jaar oud. Zeker niet als VNU Media me niet kan vertellen waarvoor dit bedrag is en wat die cryptische omschrijving terugbetalin betekend. Ik hoop dat ik 39 euro terugkrijg want hoe moet ik anders terugbetalin (zonder g) uitleggen. 

Dit soort zaken ben je vaak in het weekend mee bezig en dan wordt er geen telefoon opgenomen. Dus eerst maar een mailtje gestuurd, morgen maar eens bellen. De zinsnede "deze brief is automatisch gegenereerd en derhalve niet ondertekend" beloofd weinig goeds. Voorlopig ga ik er vanuit dat het een spooknota is en dat het wel eens een lastig verhaal kan worden om  het te stoppen. Maar ik vraag me ook af hoeveel van dit soort onzin verstuurd wordt. Het lijkt me logisch dat als je een betalingsherinnering verstuurd er minstens bij staat waarvoor betaald moet worden. Maar dat is misschien ook wel te simpel van mij gedacht.

Naschrift: de dag na mijn mailtje ben ik keurig gebeld door een medewerker van VNU Media. Het zou gaan om een betaling voor het blad Sprout. Inmiddels is dat blad verkocht aan de MT Mediagroep. Maar met mijn incasso 1,5 jaar geleden zou er iets mis zijn gegaan. Het was een paar keer gestorneerd. Hij stelde voor om het bedrag te laten vervallen en inmiddels heb ik daar ook een bevestiging van. Dus opgelucht maar het blijft een beetje een rare manier van doen.