We leven zo langzamerhand in een wereld waar alles is vastgelegd in systemen. En soms worden deze systemen eerder geloofd dan de werkelijkheid.
Mijn auto loopt op dit moment slecht, hij staat ook in storing. Nu heb ik een goede garage maar toch moet eerst de computer worden uitgelezen om te weten wat de storing veroorzaakt. Dat is zo niet meer te achterhalen.
Mijn Internet hapert zo nu en dan. Ik heb een contract met Vodafone via een glasaansluitng van Reggefiber. Ik wou dat ik er weer af kon maar ben bang dat het bij andere aanbieders niet veel beter is. De installatie verliep in het begin al niet vlot. Er kwam geen signaal binnen waar dat wel had gemoeten. Nu bleek dat er niet gepatched was. (een snoertje tussen 2 punten). Dat was na een paar dagen verholpen. Het systeem vertelde dat alles OK was.
In een eerdere blog schreeef ik al eens dat ik bij de apotheek een medewerker hoorde zeggen: “ er horen hier nog 75 stuks te zijn en er zijn er maar 10”. En dit in een apotheek die posters heeft hangen dat ze zo betrouwbaar zijn en goed zorgen voor de juiste medicatie.
In de zorg wordt ook alles geregistreerd. Dit heeft vaak tot doel om het om te kunnen zetten in kosten. Vandaar dat het bekende voorbeeld van dat we weten wat steunkousen aantrekken kost. Niet nieuw want tientallen jaren geleden wist men bij PTT Ppost ook precies hoeveel stappen een bezorger moest maken tijdens zijn route. Maar wat als een straat opgebroken is of in de zorg een oude mevrouw opeens iets anders heeft (een wondje of zo). Dan is het maar te hopen dat “het systeem”er in voorziet.
“Meten is weten” en wat is daar nu op tegen?
Nu is er door de loop van de jaren een groep mensen ontstaan die leven in die 2e werkelijkheid die van de informatie die door systemen wordt geleverd. En soms kom je van die mensen tegen die die 2e werkelijkheid eerder geloven dan wat er in het echt aan de hand is. Dat lijdt vaak tot “prachtige” misverstanden aan de telefoon als je belt over een klacht.
Zo wordt er ook van 167.000 mensen in Noord Nederland van alles en nog wat gemeten. Het programma Lifelines is een langlopend bevolkingsonderzoek naar het ontstaan en de ontwikkeling van chronische aandoeningen, met als doel te komen tot effectieve preventie- en behandelmethoden voor deze aandoeningen. Een belangrijk voordeel voor de deelnemer is dat hij / zij een beeld krijgt van de gezondheidstoestand.
Komen bij de meting onvolkomenheden aan het licht dan is de deelnemer gelijk een patient en kan behandeling volgen. Nu is het zo dat een arts in andere gevallen de patiënt eerst ziet voor er iets gemeten wordt. Bij lifelines is het andersom. Ik zou wel eens willen weten hoeveel afwijkingen er geconstateerd worden en wat dat met mensen doet. Want het lichaam is een bijzonder fenomeen dat vaak erg goed zelf iets kan genezen. Het roept bij mij de volgende vraag op. Stel er wordt iets geconstateerd bij een deelnemer die zich erg goed voelt. Hij krijgt te horen van de huisarts dat er iets aan hapert en gaat het medisch circuit in. De deelnemer wordt patiënt. Dat doet iets met iemand. Er ontwikkelt zich een kwaal. Terwijl het lichaam het zelf misschien had opgelost zonder dat we het ooit hebben geweten dat er “iets aan schort”.
Hmm dat moet uit de cijfers te halen zijn. Zijn er door lifelines meer patiënten ontstaan in Noord Nederland? Kijk meten is weten. Maar zoals mijn moeder altijd zei: “Alles te weten maakt niet gelukkig”. Ik heb me bewust niet opgegeven voor lifelines.