De afgelopen week mocht ik voor de 7e keer de 4-daagse van Nijmegen lopen. Wat weer een geweldige ervaring. Langzamerhand komen er steeds meer bekende gezichten en de route is grotendeels ieder jaar gelijk. Een feest van herkenning. Zo mooi al die 42.000 wandelaars die 120, 160 of 200 kilometer lopen als een persoonlijke prestatie.
Het mooie is dat rangen en standen wegvallen. De directeur naast de schoonmaker het verschil is niet te zien. Er zit geen enkele vorm van competitie in, niet anders dan de strijd met jezelf. Je zal het zelf moeten doen. En het mooie is dat juist de mensen die geen getraind lichaam hebben juist de bewondering oogsten. De personen die de finish bereiken op pure wilskracht oogsten bewondering. Juist niet de mensen met een atletisch lichaam die het open alsof het een zomeravond ommetje is. En dat is nog maar de buitenkant Sommige mensen lopen met een ander last. Het verlies van iemand, genezen van een ernstige ziekte, een nieuwe knie of 2 nieuwe heupen. Ieder heeft zo zijn eigen verhaal. Dat besef komt extra naar boven als je langs verzorgingstehuizen loopt of vlak voor de finish het Radboud ziekenhuis waar patiënten in bed langs het parcours liggen. Het bezorgd mij altijd kippenvel en maakt me dankbaar dat ik het kan doen.
Dat komt ook nog een extra naar boven bij de finish waarbij heel veel voldane gezichten te zien zijn. Er vloeien tranen van opluchting, trots en blijdschap. En vooral veel vrolijkheid. En allemaal krijgen ze hetzelfde kruisje. Het enige wat nog rest is hoe vaak de tocht gelopen is. Het record staat op 62. Het blijft ieder jaar weer een uitdaging. Zo viel dit jaar iemand uit die de tocht voor de51e keer had willen lopen.
Er zijn mensen die er toch een wedstrijd van willen maken om zo snel mogelijk binnen te komen. Dat ziet er vaak bezopen uit. Heel geforceerd ploeteren ze zich langs het parcours. Dat staat die mensen natuurlijk vrij. Net zoals de zwartlopers die illegaal meelopen. Of mensen die sjoemelen door stukken te gaan fietsen of zich stukken met de auto verplaatsen. Je kunt je het haast niet voorstellen maar het gebeurt.
Wat zou het mooi zijn als de maatschappij meer weg had van de 4-daagse. Iedereen dezelfde passende beloning. Met aandacht voor elkaar. Met misschien iets meer respect voor degene waar de opgave extra groot is. En waar talenten niet echt opvallen maar wel gewoon de prestatie leveren. Want of je rijk geboren bent en omgeven door luxe, die 30, 40 of 50 kilometer zal je zelf moeten lopen. Prins Claus wist dat goed te verwoorden. Van Wikipedia: In 1967 liep hij de Nijmeegse Vierdaagse uit. Het bijbehorende vierdaagsekruisje verwierf hij hierbij. Hij merkte zelf eens op dat dit de enige onderscheiding is waar hij daadwerkelijk inspanning voor had moeten tonen; de overige verkreeg hij vooral als echtgenoot van Beatrix. Bij zijn begrafenisdienst lag het vierdaagsekruisje bij zijn kist.
Stof tot nadenken voor allen die door afkomst of bijzonder talent door het leven gedragen worden.